Kerk in Actie roept opnieuw op om te geven voor Gaza
Na maanden van intens verdriet en onbeschrijflijk leed gloort er eindelijk weer hoop. De inwoners van Gaza en Israël halen opgelucht adem nu vanaf zondag 19 januari de wapens zwijgen. Voor de zwaar getroffen inwoners van Gaza betekent dit dat er een start kan worden gemaakt met wederopbouw en herstel. Dringend hulp nodigKerk in Actie biedt via het internationale kerkelijk netwerk ACT Alliance al 15 maanden noodhulp aan de inwoners van Gaza, en blijft dat doen. Er is dringend behoefte aan medische hulp, talloze huizen moeten worden gerepareerd en mensen willen weer aan het werk om voor zichzelf te kunnen zorgen. Daarvoor is veel geld nodig. Met haar noodhulpprogramma biedt Kerk in Actie hulp waar dat het meest nodig is, zoals nu in Gaza. Daarom roept Kerk in Actie vanaf vandaag opnieuw op om te geven voor noodhulp aan Gaza. Help mee. Geef vandaag nog voor het noodhulpprogramma van Kerk in Actie. Elk bedrag telt! lees verder |
||
Herdenken met het oog op heden en toekomst
Dat besef is er in grote delen van de samenleving en is eveneens sterk aanwezig in de Joodse en christelijke tradities. Herdenken is niet alleen namen en gebeurtenissen in herinnering roepen, maar daarbij ook lessen en consequenties trekken met met het oog op heden en toekomst. Als kerk vinden we het belangrijk om aanwezig te zijn bij de jaarlijkse Nationale Holocaust Herdenking. Die vindt dit jaar plaats bij het Spiegelmonument 'Nooit Meer Auschwitz' in het Wertheimpark in Amsterdam, georganiseerd door het Nederlands Auschwitz Comité, op zondag 26 januari. Het is dan 80 jaar geleden dat het concentratie- en vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau werd bevrijd, op 27 januari 1945. Wereldwijd worden de slachtoffers herdacht van de Holocaust en van andere genocides. De herdenking is sinds twee decennia verbonden met de door de toenmalig secretaris-generaal van de Verenigde Naties Kofi Annan uitgeroepen dag van herdenking: The Holocaust Memorial Day. Stil wordenHoewel er vele andere concentratie- en vernietigingskampen waren, is Auschwitz uitgegroeid tot universeel symbool voor de massavernietiging van onschuldige burgers, Joden, Sinti en Roma. Het is een dag ter herinnering aan en herdenking van de massavernietiging, waarbij mensen werden vervolgd, op transport gezet en vergast of anderszins vermoord omdat ze waren wie ze waren. Wie ooit in Auschwitz of een van de andere concentratie- en vernietingskampen is geweest, kan niet anders dan stil worden bij het onvoorstelbare. De resten van verbrandingsovens en barakken, stapels schoenen, haren en koffers en andere persoonlijke spullen zijn de stille getuigen van een verbijsterende vervolging en moord op het Joodse volk. Gebroken spiegelsDe herdenking vindt plaats bij het Spiegelmonument Nooit Meer Auschwitz van Jan Wolkers. Wolkers ontwierp dit monument, dat ook wel ‘Gebroken spiegels’ wordt genoemd, in 1977. Je ziet de hemel erin weerspiegeld, maar gebroken, geschonden. De hemel en de wereld zijn nooit meer hetzelfde, na zulke vernietiging. Verschillende keren is dit monument beschadigd of vernield, maar telkens weer hersteld. Ik vind het een indrukwekkend monument, het spreekt heel krachtig in al in zijn eenvoud en kwetsbaarheid. Vernietiging en veerkrachtHolocaust betekent letterlijk ‘brandoffer’, wat eigenlijk een ongelukkige term is. De Hebreeuwse naam is veelzeggender: sjoa, vernietiging. De Joodse gemeenschappen over de hele wereld herdenken de vernieting van zes miljoen joden op een eigen herdenkingsdag: Jom haSjoa, Dag van vernietiging. Het is een herdenkingsdag die aan de Joodse kalender is toegevoegd vanwege de sjoa, en die is gekoppeld aan de opstand in het getto van Warschau (19 april 1943). Jom haSjoa valt in 2025 van woensdag 23 april 2025 – donderdag 24 april 2025. Zelf moet ik wel denken aan de zevenarmige kandelaar, de menora, als symbool van het levende veerkrachtige jodendom, het Joodse volk in al zijn schakeringen. Zes kaarsen waren gedoofd, maar het licht bleef branden. Ik zie dat zelf als een teken van Gods trouw, al weet ik me geen raad met de ontzaglijke vernietiging en de vragen naar God die dit oproept. De vernietiging is gebeurd door toedoen van mensen en dat moet ons alert maken op elke vorm van volkerenmoord, wat ook de intentie is van deze herdenkingsdag. Wat kerken kunnen doenOok in en vanuit de plaatselijke kerken wordt aandacht geschonkenVerder lezenSchenk aandacht aan Nationale Holocaust Herdenking in de eredienst aan deze herdenkingsdagen, in de kerkelijke liturgie, in gebeden, bij plaatselijke herdenkingenVerder lezenBelangstelling voor Holocaustherdenking in Zeist groeit . Want vanuit het christelijk geloof met zijn joodse wortels en vanuit het jodendom leren we dat ieder mens telt en kostbaar is in Gods ogen. Dat blijft een zeer actuele boodschap in onze wereld en onze tijd, die zo doortrokken is van oorlog en geweld, en van grote polarisatie. Ik weet me nog door iets anders geroepen bij deze dag van gedenken: namelijk om als kerk en als samenleving rond de kleine Joodse gemeenschap in Nederland te blijven staan, juist nu zij zich bedreigd weten. Het mag niet gebeuren dat Joden 80 jaar na de grootste vernietiging in hun geschiedenis zich niet thuis voelen in onze samenleving. Zij zijn deel van onze veelkleurige samenleving, waarin voor ieder plaats zou moeten zijn. lees verder |
||
Per 1-1-25 is het Interclassicaal College voor het Opzicht gestart
Dit college gaat zaken over misbruik van een pastorale relatie of gezagsrelatie behandelen (zoals beschreven generale regeling 11-17). OvergangsbepalingVoor zaken die al aanhangig waren is een overgangsbepaling getroffen: ‘Zaken die tot het werkterrein van het interclassicale college behoren en die voor 1 januari 2025 in behandeling zijn bij een classicaal college, worden indien een hoorzitting is geweest dan wel in januari is gepland, nog door het betreffende classicale college afgehandeld, in andere gevallen wordt de zaak overgedragen aan het interclassicale college.’ Taken collegeIn de kerkorde is het werk van het Interclassicaal College voor het Opzicht geregeld in ord. 10-7, ord. 10-8 en GR. 11-17. Het college is te bereiken via ico@protestantsekerk.nl. Meer toelichting op de wijzigingen met betrekking tot het Interclassicaal College voor het Opzicht is te vinden op https://protestantsekerk.nl/kerkorde/kerkordewijzigingen/. lees verder |
||
Ds. Lex Boot: “De kerk moet de verbinding met de Geest blijven zoeken”
Hoe ervaar je je roeping?“Ik ben met theologie opgegroeid, het zit als het ware in mijn genen. Als theoloog duid je ervaringen van deze tijd en je begeleidt mensen daarin. Dat voel ik als mijn roeping binnen de kerk , maar zeker ook daarbuiten. Ik hoop mensen te kunnen helpen om deze tijd en hun ervaringen spiritueel te duiden in het licht van Gods liefde. Daarnaast ben ik 25 jaar geleden bevestigd in het ambt van predikant en dat draagt me. Het ontspannen evenwicht in de protestantse ambtstheologie bevalt me: voluit deel uitmaken van de lokale geloofsgemeenschap en tegelijk in het bovenplaatselijke ambt staan. Dat geeft ruimte om een tegenover te kunnen zijn.” Wat heb je nodig om met vrucht en vreugde te werken?“Als ik voldoende aandacht kan geven aan mijn eigen relatie met God, en het contact met mensen. Daarnaast wil ik steeds blijven studeren. Ik heb altijd een stapeltje boeken op mijn bureau liggen om mezelf daarin uit te dagen. Het is ook nodig, omdat de theologie zich steeds ontwikkelt en ik als theoloog de huidige tijd moet kunnen blijven duiden.” Hoe zorg je ervoor dat je niet opbrandt?“Door regelmatig te mediteren en te hardlopen. Dat lucht het hoofd en geeft ruimte. Daarnaast heb ik vriendschappen nodig om de mooie dingen van het leven samen te vieren, maar ook om te delen wat me bezighoudt. Uit de kring van meditatie en geestelijke begeleiding heb ik een paar van die 'soulfriends'. Ook al zien we elkaar niet vaak, als we bij elkaar zijn voeren we altijd persoonlijke geloofsgesprekken.” Welk onderdeel van het werk doe je het liefst?“De prediking op zondag. Juist dan kan ik uitdelen, vanuit de Schrift en vanuit mijn eigen hart. Ook toerustingsbijeenkomsten in kleinere kring zijn mooi om te doen. Daarnaast is het pastoraatswerk fijn. Dat zie ik niet als apart onderdeel: mijn pastor-zijn is helemaal verweven met mijn werk.” Welke (na)scholing heb je voor het laatst gevolgd?“Het collegeblok Liberale Theologie bij Rick Benjamins op Hydepark. Direct na deze scholing heb ik er avonden in de gemeente over gegeven. Verder nam ik deel aan een lichaamsgerichte energetische groep. De verbinding van het lichaam met het hart en de ziel vind ik belangrijk, omdat de Geest werkt in ons totale bestaan.” Hoe kan de kerk haar rol pakken in de verantwoorlijkheid voor medemens en schepping?“De kerk is geen activistische club en geen buurthuis, maar het lichaam van Christus. De kerk kan geestelijke bronnen verbinden aan betrokkenheid bij de samenleving. Dat is wat haar onderscheidt van andere organisaties. Het is belangrijk dat de kerk altijd zoekt naar verbinding met de beweging van de Geest. Als we dit vergeten, worden het ónze doe-projecten. Toen we als kerk het gezin Babayants kerkasiel gingen verlenen, voelde ik me geroepen tegen de gemeente te zeggen: 'God heeft hen op onze weg gebracht, júist op het moment dat wij bezig waren met het thema barmhartigheid. Wij mogen iets van hen ontvangen.’ Iedereen merkt nu dat de aanwezigheid van een kwetsbaar gezin zachte krachten oproept en ruimte geeft voor de dragende kracht van de Geest.” Welk boek, welke film of welke podcast raad je aan?‘Anam Cara, een boek van de Ierse priester John O'Donohue over de keltische spiritualiteit. Voor mij biedt de keltisch-christelijke spiritualiteit goede bouwstenen, door de diepe verbinding van God met de natuurlijke elementen. Ik leer ervan dat ik volop deel uitmaak van de natuur waarin Gods energie voortdurend tintelt. Het kan ons veel bieden in het theologisch denken over omgaan met klimaat en milieu, en zegt ons iets over wat wij als kerk soms vergeten zijn: het verwevene van God met de natuur en met ons zieleleven .” Is er een bijbeltekst die met je meegaat?“De tekst van Jakob bij de Jabbok (Genesis 32). Het gaat daar om een worsteling om zegen die ik herken. Ook bij de Samaritaanse vrouw bij de bron (Johannes 4) ontregelt Jezus alle conventies en oordelen. Ik hoop dat God ook zo naar mij en ieder mens kijkt. Hij oordeelt niet, maar zoekt voortdurend nieuwe diepten.” Wat hoop je voor de toekomst van de kerk?“Het gaat me niet om de toekomst van 'de kerk', maar om de kerk van de toekomst die ook heel andere vormen kan aannemen. In deze tijd hebben mensen echt behoefte om vanuit hun hart bezig te zijn. Ik zie dat gebeuren binnen de pioniersbeweging waarbij ik betrokken ben. Ook buiten de vaste lijnen staat men open voor de beweging van de Geest. Ik hoop op die ruimte voor de aanwezigheid van Christus en voor relaties op hartsniveau.” >> De Protestantse Gemeente Open Hof in Kampen verleent sinds november 2024 kerkasiel aan het gezin Babayants dat met uitzetting wordt bedreigd. Dat betekent dat sinds die tijd een doorgaande kerkdienst wordt gehouden. Meer informatie is te vinden op kerkasielkampen.nl. lees verder |
||
Praktijkcursus kerkmuziek start nieuw oriëntatiejaar
Cursus voor kerkmusiciDe kerkmuziek is in de voorbije decennia flink veranderd, aanleiding om een nieuwe praktijkcursus op te zetten die aansluit bij de huidige praktijk. Het oriëntatiejaar, een voorbereidend jaar van deze cursus, geeft een reëel beeld van de breedte van de kerkmuziek en de plek van de kerkmusicus daarin. LeerzaamAnne Jet Plat neemt als kerkmusicus deel aan het huidige oriëntatiejaar. In haar gemeente, De Lichtkring in Alphen aan den Rijn, speelt ze klarinet in bijzondere diensten als Kerst, Pasen, Taizévieringen en vespers. Daarnaast is ze gevraagd om dirigent te worden van de cantorij in Goede Bron, een andere wijkgemeente in Alphen. "In de rol van dirigent en cantor zal ik meer betrokken worden bij de keuze van liederen en de liturgische overwegingen daarbij, en ik wilde daar meer achtergrondkennis over opdoen. Ook wilde ik het nieuwe liedboek nog beter leren kennen. Als ik begeleid in diensten, is het fijn om mee te kunnen praten over de opzet van de dienst en het passend begeleiden van de gemeentezang. Dat zijn onderwerpen waar we als cursisten over doorpraten. Ik leer daar veel van.” NetwerkElke cursusdag begint met een uur zingen. 'Een cadeautje’ noemt Plat dat. “Het is heerlijk om samen te zingen, en het helpt om de variatie van het liedboek te leren kennen. Ik denk steeds: zou dit passen bij de cantorij waar ik aan verbonden word, of bij de gemeentezang? Is dit iets voor de zondagochtenddienst of meer voor een vesper? Ik maak direct de verbinding met mijn eigen praktijk.” Ook van de praktijkbezoeken in andere kerken steekt ze veel op. “Elke cursist doet er twee, je kunt deze zelf inplannen. Na de dienst is er dan gelegenheid om de kerkmusicus en de predikant van die gemeente te spreken. Heel waardevol om iets over het samenspel tussen die twee te horen. Door de praktijkbezoeken heb ik ook collega-cantors leren kennen, waarmee ik een nieuw netwerk heb opgedaan. Fijn om hen te kunnen bellen of mailen met de vraag naar hun aanpak.” Nieuwe impulsVan tevoren had Plat nooit zo stilgestaan bij het belang van een goed samenspel tussen predikant en kerkmusicus, en de rol die een kerkenraad of een werkgroep eredienst daarin heeft. “Ik heb ontdekt dat het zinvol is dat je als gemeente actief nadenkt over de praktijk van kerkmuziek. Wat vindt de gemeente belangrijk? Hoe betrek je verschillende stijlen? Hoe zorg je voor een goede mix die past bij de liturgische betekenis van liederen? En wie heeft welke rol? Door musici uit je gemeente de kans te geven om zo’n cursus te volgen, breng je bewustwording op gang, en daarmee geef je de praktijk van de kerkmuziek een nieuwe impuls.” Theoretische verdiepingOok Ids Smedema, voormalig gemeente- en krijgsmachtpredikant en nu nog gastvoorganger, neemt deel aan het oriëntatiejaar. "Ik ben altijd veel met muziek bezig geweest, zing in een kamerkoor, en ben vier jaar geleden begonnen met orgelles. Ik wil meer weten van kerkmuziek, ik zoek theoretische verdieping. Daar heb ik nu wat aan als gastvoorganger, en op de lange termijn hoop ik nog eens aan de slag te gaan als dirigent van een koor." Gesneden koekSmedema vindt het leuk om met allerlei enthousiastelingen uit verschillende hoeken van de kerk samen iets te doen. “Een groot deel komt uit een andere hoek van de kerk dan ik, die kant is redelijk nieuw voor mij. Ook nieuw voor mij is het nieuwe liedboek waar we intensief mee werken. Die was er nog niet toen ik gemeentepredikant was." Hij heeft een wat afwijkende positie in de groep, constateert hij. “Ik heb nog geen kerkmuzikale praktijk, dus weinig in te brengen. En ik ben de enige theoloog in de groep. Voor mij zijn liturgische zaken als de opbouw van het kerkelijk jaar, het Dienstboek en leesroosters redelijk gesneden koek. Ik heb daarom nog geen keuze gemaakt of ik na het oriëntatiejaar doorga.” Brede kerkOok Harm Mannak is geen kerkmusicus, hij neemt puur vanwege zijn interesse in liturgie en kerkmuziek deel aan het oriëntatiejaar. In zijn gemeente, de Protestantse Gemeente Enschede, is hij voorzitter van het college van kerkrentmeesters. Verder is hij amateurorganist, maar niet actief als organist in de kerk. "Ik heb de veelzijdigheid van het nieuwe liedboek leren kennen, en daarmee de diversiteit binnen de Protestantse Kerk. Ik vind dat heel verrijkend, de cursus laat zien dat de Protestantse Kerk heel breed is. De onderbouwing van de verschillende liturgieën in deze breedte helpt mij deze beter te begrijpen." Zijn twee praktijkbezoeken hebben hem veel gebracht. "Het hoogliturgische van de Amersfoortse Bergkerk vond ik prachtig om mee te maken, daar heb ik veel mee. Onderdeel was een gesprek met de predikant en organist samen om inzicht te krijgen in de totstandkoming van de liturgie. Heel leerzaam." Liturgisch beleidIn zijn eigen gemeente kreeg hij het verzoek om te komen tot een muzikaal liturgisch beleid, als onderdeel van het grotere beleidsplan. "Iedereen keek mij aan: jij volgt de cursus, dan moet jij dat maar schrijven. Dat heb ik gedaan, met de hulp van Oane Reitsma die hier predikant is geweest en ook bij de praktijkcursus kerkmuziek betrokken is. De lessen uit de cursus kwamen me goed van pas." lees verder |
||
Quotumregeling vastgesteld met aanpassingen, regeling Solidariteitskas ingetrokken
De kleine synode onderkende tijdens de vergadering van 13 december jl. dat de nieuwe regelingen quotum en Solidariteitskas door een deel van de gemeenten en diaconieën als ingrijpend zijn ervaren en dat de nieuwe regelingen vragen, zorgen en weerstand hebben opgeroepen. Daarnaast sprak de synode uit dat voor de toekomstbestendigheid van het geheel van de kerk nieuwe regelingen noodzakelijk zijn. In het mozaïek van kerkplekken dat de Protestantse Kerk is, worden kwetsbare gemeenten en nieuwe vormen van kerk-zijn relatief het zwaarst belast. Met de nieuwe heffingsgrondslag voor het quotum worden de lasten naar draagkracht van gemeenten, dus eerlijker, verdeeld. Daarom vindt de kleine synode de invoering van de nieuwe quotumregeling noodzakelijk. Tegelijkertijd onderkende de kleine synode de feedback in de revisieverzoeken en is de quotumregeling op enkele belangrijke onderdelen aangepast. Het gaat om de volgende aanpassingen:
De quotumpercentages per 1 januari 2025 worden 3,7 procent voor gemeenten en 3,9 procent voor diaconieën (de 1,35 euro per belijdend lid vervalt). Solidariteitskas en kerkbreed gesprekDe heffing voor de Solidariteitskas blijft nog maximaal twee jaar gebaseerd op de oude regeling van 5 euro per belijdend lid per jaar. Eerst wordt ruim de tijd genomen om een kerkbreed gesprek te voeren over onderlinge solidariteit tussen gemeenten en het werkzaam maken van vermogen. Dit gesprek moet leiden tot een breed gedragen visie, waarin solidariteit niet alleen een financieel verhaal is maar ook inhoudelijk een gezicht krijgt. De kleine synode realiseert zich dat een door haar genomen besluit niet automatisch voor draagvlak bij de gemeenten zorgt, en dat daar blijvend naar moet worden gezocht. Daarom geeft de kleine synode opdracht aan de dienstenorganisatie om zowel op landelijk als op (boven-)plaatselijk niveau een kerkbreed gesprek te organiseren. Officiële publicatieDe officiële publicatie van de regelingen quotum en Solidariteitskas is op 10 januari per mail naar alle gemeenten en diaconieën gestuurd, en is te downloaden via protestantsekerk.nl/quotum. Voorlopige aanslagDe kleine synode heeft besloten dat alle gemeenten en diaconieën in het eerste kwartaal van 2025 een voorlopige aanslag ontvangen, gelijk aan die van 2024. Nadat het Generaal College voor de behandeling van Bezwaren en Geschillen (GCBG) een uitspraak heeft gedaan over de bij haar ingediende bezwaren zal een definitieve aanslag worden vastgesteld waarmee de voorlopige aanslag zal worden verrekend. Inwerkingtreding regelingEen aantal gemeenten heeft een bezwaar ingediend bij het GCBG tegen de nieuwe regelingen. Vervolgens heeft het GCBG, tot het uitspraak over deze bezwaren doet, de regelingen opgeschort. Die opschorting raakt ook het besluit van december jl. De kleine synode heeft besloten dat deze opschorting voor alle gemeenten en diaconieën zal gelden om uniformiteit te bewaren. Wij verwachten dat het GCBG in de loop van 2025 uitspraak doet. Tot die tijd geldt dus ook de opschorting van het besluit van 13 december. Indien de op 13 december jl. vastgestelde regelingen door het GCBG in stand worden gehouden, worden zij na de uitspraak van het GCBG voor alle gemeenten en diaconieën van kracht. BezwaartermijnVoor het indienen van een bezwaar of een revisieverzoek tegen het nieuwe besluit van de kleine synode van 13 december 2024 geldt een kerkordelijke termijn van 30 dagen na de datum van officiële publicatie van de regelingen. Eventuele vragen over de quotumregeling kun je mailen naar info@protestantsekerk.nl of telefonisch via 030-8801880. Download de officiële publicatie Quotumregeling en Solidariteitskas per 1 januari 2025 lees verder |
||
Belangstelling voor Holocaustherdenking in Zeist groeit
Op 1 november 2005 riep Kofi Annan, toenmalig secretaris-generaal van de Verenigde Naties, de bevrijdingsdatum van Auschwitz, 27 januari 1945, uit tot een dag van herdenking: The Holocaust Memorial Day. Wereldwijd worden de slachtoffers van de Holocaust en van andere genocides herdacht. Rond deze dag organiseren veel organisaties in ons land activiteiten. De activiteiten worden afgesloten met de Nationale Holocaust Herdenking in Amsterdam, dit jaar op zondag 26 januari. Bewustzijn levend houdenIn Zeist wordt de Holocaustherdenking sinds 2022 georganiseerd. Aanleiding was de verschijning van het boek ‘Dan komen angst en wanhoop aangeslopen’ van Heleen bij ’t Vuur en Gerrit van der Vorst, waaruit bleek hoeveel Joden waren ondergedoken in Zeist. Uit het boek bleek ook dat de namenlijst op het Joods monument in het Zeister Walkartpark bij lange na niet volledig was. Er konden 51 namen worden toegevoegd aan de lijst van 102 namen. "De herplaatsing van het namenmonument vormde de aanleiding voor de lokale Holocaustherdenking", vertelt Martin Slootweg, lid van de Protestantse Gemeente Zeist en jarenlang voorzitter van het 4 en 5 mei-comité Zeist. Hij stapte daarvoor zelf naar de burgerlijke gemeente, die zijn verzoek ondersteunde. Er werd al snel besloten om door te gaan met de herdenkingsbijeenkomst, en dat vindt Slootweg nu belangrijker dan ooit. “Gezien de recente gebeurtenissen in ons land is het van belang het bewustzijn over de Jodenvervolging en de Holocaust levend te houden.” Recht doenZo’n lokale herdenking doet ook recht aan de Joodse gemeenschap, vindt Slootweg. “We betrekken hen er nadrukkelijk bij. Dat is elke keer een zoektocht. In Zeist is geen Joodse gemeenschap, maar we hebben wel contact met Joodse inwoners. Zo spreekt bij de komende herdenking Peter Blom, een oud-inwoner van Zeist. Zijn vader verbleef als kleine jongen in de Hollandse Schouwburg en wist te ontsnappen. Blom vertelt wat dat voor zijn leven heeft betekend. Jongeren van een school in Zeist vertellen over het werkstuk dat ze hebben gemaakt over Sobibor. Zo wordt het echt een plaatselijke aangelegenheid.” Programma 26 januariEr is een groeiende belangstelling voor de herdenking, ziet Slootweg. “We horen steeds meer over antisemitisme in de samenleving. Mensen komen hiernaartoe ter ondersteuning van de Joodse gemeenschap.” Op zondag 26 januari is er vanaf half 2 inloop in de hal van het gemeentehuis van Zeist. Om 2 uur start daar de Holocaustherdenking, waarna een stille tocht volgt naar het naastgelegen Walkartpark, naar het Joodse Monument. Rabbijn Hannah Nathans spreekt daar het Kaddisjgebed uit, ter nagedachtenis aan de overledenen. Na 1 minuut stilte worden kransen gelegd bij het Joods monument. De aanwezigen kunnen daarna zelf bloemen of een steentje leggen. Iedereen is welkom bij deze herdenking. PleidooiSlootweg is er een groot voorstander van dat veel meer gemeenten een Holocaustherdenking gaan organiseren, liefst op een gezamenlijk moment. Plaatselijke kerken kunnen daartoe het initiatief nemen. “We zijn als Protestantse Kerk onlosmakelijk verbonden met het Joodse volk. Ik zou graag zien dat de christelijke gemeenschap meer van zich laat horen bij geluiden en daden die tegen de menselijkheid ingaan.” Zie ook: Schenk aandacht aan Nationale Holocaust Herdenking in de eredienst13 jan 2025 lees verder |
||
Schenk aandacht aan Nationale Holocaust Herdenking in de eredienst
Bij het Spiegelmonument 'Nooit Meer Auschwitz' in het Wertheimpark in Amsterdam vindt op zondag 26 januari de jaarlijkse Nationale Holocaust Herdenking plaats. 80 jaar geleden werd concentratie- en vernietigingskamp Auschwitz bevrijd. Auschwitz is hét internationale symbool van de Holocaust geworden, hoewel er vele andere concentratie- en vernietigingskampen waren. Dit jaar is het tevens 80 jaar geleden dat Nederland werd bevrijd. De Protestantse Kerk zal, evenals voorgaande jaren, aanwezig zijn bij deze herdenking. Aandacht in de eredienstWat kan de plaatselijke gemeente doen rond de Nationale Holocaust Herdenking? Ze kan uiteraard aansluiten bij de herdenking in Amsterdam. Meer voor de hand liggend is wellicht dat er op deze zondag in viering aandacht aan gegeven wordt. De meest geëigende plaats daarvoor is in het kyrie of bij de verootmoediging en schuldbelijdenis, de voorbeden en de liederen. Er kan ook een gedicht of een andere tekst gelezen worden. Liederen over de schreeuw om levenIn een heftige bewerking van Psalm 22 in de bundel Psalmen anders. Aanvulling bij Liedboek. Zingen en bidden in huis en kerk (22b), vertolkt René van Loenen de diepe verlorenheid en wanhoop van de psalmdichter. De psalm is door de volgelingen van Jezus en in de christelijke traditie op Jezus zelf betrokken. In de psalmbundel is het allereerst een schreeuw om leven van het Joodse volk, uitgeroepen door een enkeling. Ook lied 22c uit dezelfde bundel zou een optie kunnen zijn, een bewerking door Roel Bosch. Daarin klinken tevens woorden van hoop en vertrouwen door. In de berijmde Psalm 89:17 en 18 wordt de smaad, de krenking en de hoon van het volk schrijnend onder woorden gebracht. Deze psalm loopt uit op een bede om herstel, erkenning en uiteindelijk op dank en lof. Het leven wint het van de dood. Een bijzonder lied is van de Joodse denker en schrijver Schalom ben Chorin (1913-1999): lied 857. Een mystiek lied, waarin God als de bron van leven ervaren wordt, tegen alle dood in. Lees op liedboek.nl een toelichting bij dit lied, en beluister het hier. Liederen over gedenkenLied 199 uit het Liedboek, Zingen en bidden in huis en kerk is een indringend lied, gedicht door Sytze de Vries: ‘Koester de namen die wij hier gedenken.’ Veel berijmde psalmen bezingen het woord ‘gedenken’. Hier gaat het over God die zijn volk gedenkt en niet laat vallen. Het lied loopt uit op een zegenbede: om licht en om leven. Psalm 89:17 is een roep om ontferming, om gehoord en gezien te worden: ‘Erbarm u over ons, wil onze smaad gedenken.’ Of Psalm 102:6: ‘Gij zult ons verlossing schenken, Sion eindelijk gedenken.’ Er is de belofte van een wending in Psalm 68:9: ‘Gij zult uw stad gedenken. Vorsten van verre bieden Hem terwille van Jeruzalem hun eerbied, hun geschenken.’ Wanneer er een dienst van Schrift en Tafel is, zou lied 387 gezongen kunnen worden. ‘Als wij van de feestwijn drinken, die Gij, Heer, ons geeft, leer ons dan om te gedenken, wie een lege beker heeft.’ De Maaltijd van de Heer verbindt ons met mensen die lijden, en maakt ons alert op de wereld buiten de kerkmuren. Liederen over het leven krachtig oppakkenJuist bij de Holocaustherdenking zou je ook de veerkracht van mensen naar voren kunnen halen: de Joden, Sinti en Roma die in de meest afschuwelijke omstandigheden hebben geprobeerd hun waardigheid te behouden, in verzet zijn gekomen. Ook kan gedacht worden aan de tallozen die zich met gevaar voor eigen leven om hen en anderen hebben bekommerd. Een fraai lied dat de kracht van (Joodse) vrouwen bezingt, is lied 738: ‘Kom, zing het lied van Eva’, een vrije bewerking door Ria Borkent van een tekst van John Bell. Een element van gedenken is het leven krachtig oppakken. Dat komt terug in lied 827: ‘Mensen, wij zijn geroepen om te leven!’ Ook lied 992: ‘Wat vraagt de Heer nog meer van ons?’ past hierbij. Een tekst uit het Joodse gebedenboekIn het liberaal joods gebedenboek Sidoer staat een afdeling ‘Jom haSjoa en 4 mei’, met een bloemlezing aan gebeden en teksten. Onderstaande tekst van Abraham Shlonsky maakt indringend duidelijk hoe de herinnering en het gedenken doorwerken tot ver in de toekomst. Deze eed heb ik gezworen, alles te onthouden. Te onthouden, niets te vergeten tot de tiende generatie, tot mijn vernedering verdwijnt tot het laatste toe, helemaal. Totdat ophouden geheel de slagen, de leertijd voorbij. Ik zweer dat niet vergeefs ging voorbij de nacht van verschrikking, ik zweer dat ik niet verder zal leven onveranderd, alsof ik niets geleerd had, ook nu niet. KyrieHet kyrie is een roep tot God vanwege alle rauwheid en lijden in onze wereld, de leegte en het gemis, de pijn en het verdriet. In het kyrie zuchten de aarde en de natuur, de hele biodiversiteit mee. Het is een roep om ontferming, een verlangen dat het goed zal gaan. Onderstaand gebed schreef ds. Eeuwout Klootwijk. Hij is wetenschappelijk medewerker voor Kerk en Israël/joods-christelijke relaties en predikant in Vught. God, Onbegrijpelijk en onbeschrijfelijk is het leed vanwege de vernedering en de vernietiging van Joden, Sinti en Roma tijdens de Tweede Wereldoorlog Onbegrijpelijk en onbeschrijfelijk het leed van deze en andere volkerenmoorden Onbegrijpelijk en onbeschrijfelijk het leed dat mensen wordt aangedaan omdat ze Jood zijn, of zwart, of behorend bij een minderheid, of ‘gewoon’ omdat ze anders zijn Niet te bevatten, niet te begrijpen - de niets en niemand ontziende haat tegen Joden, de mensonterende beeldvorming van de ander de alles onderuithalende discriminatie het verwoestende racisme En telkens weer staan er mensen op in alle rauwheid en verscheurdheid worden bronnen aangeboord van levenskracht, geestkracht, vitaliteit Telkens weer durven mensen met ongelofelijke moed op te komen voor medemenselijkheid waardigheid mededogen laten zij ziendat het leven sterker is dan de dood haat wordt overwonnen door liefde. en zo worden zij een teken van uw Aanwezigheid lees verder |
||
Hoe kunnen we concreet iets doen aan het tegengaan van antisemitisme?
Antisemitisme: haat jegens of negatieve ideeën- en beeldvorming over Joden vanwege het Joods-zijn.* Dit kan mensen aanzetten tot discriminerend gedrag zoals uitsluiting, of tot geweld tegen Joden of Joodse gebouwen, begraafplaatsen en bezittingen. Het is een eeuwenoud verschijnsel dat steeds opnieuw in allerlei vormen de kop opsteekt. Wie dacht dat het na de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog voorgoed uit onze samenleving verdwenen zou zijn, komt bedrogen uit. Alert zijn en ons verzettenSteeds opnieuw wordt de Joodse gemeenschap blootgesteld aan ‘grappen’ over de Holocaust, hakenkruizen en Hitlergroeten. Vaak wordt ze gezien als de personificatie van de Israëlische politiek, waarbij associaties worden gelegd met de oorlog in het Midden-Oosten. Ook is ze vaak doelwit van (eeuwenoude) samenzweringstheorieën. Als Protestantse Kerk in Nederland willen we er geen twijfel over laten bestaan dat we alert zijn op en ons verzetten tegen elke vorm van discriminatie van minderheden. Daarbij wordt in de kerkorde expliciet ‘het bevorderen van inzicht in en bestrijding van antisemitisme’ genoemd.** In november 2024 aanvaardde de generale synode de notitie ‘Uw koninkrijk kome - Als pelgrims onderweg met Joden en Palestijnse christenen’. In deze notitie wordt deze opdracht nog eens onderstreept: ‘Het is belangrijk en ook een roeping van de kerk om naast de Joodse gemeenschap in Nederland, in Israël en elders, te staan en solidair te zijn met onze Joodse partners in Israël, en voor hen op te komen, zeker in tijden waarin zij onder druk staan vanwege antisemitische bedreigingen of aanslagen. Dat is de kerk aan zichzelf verplicht, vanwege geloof, theologie, geschiedenis en context.’ Wat kunnen we concreet doen?Hoewel de Protestantse Kerk en haar voorgangers al jarenlang aandacht besteden aan deze belangrijke roeping van ons als kerk – zie voor een overzicht van relevante uitspraken in het afgelopen decennium bovengenoemde notitie, p. 29 en verder – bestaat het gevaar dat dit een 'papieren regel' blijft. Als landelijke kerk en plaatselijke gemeenten dienen we deze opdracht uit de kerkorde serieus te nemen en ons af te vragen hoe wij ook concreet een bijdrage kunnen leveren aan de bestrijding van antisemitisme. Vormgeven aan ‘niet vergeten’Dat begint dicht bij huis, door voortdurend in de spiegel te kijken en te reflecteren op (onbewuste) uitingen van anti-judaïsme in de kerk.*** Geven wij in ons eigen denken en spreken wellicht een voedingsbodem voor anti-joodse sentimenten? Hoe kunnen we in verkondiging en liturgie, jeugdwerk en bijbelstudiekringen negatieve beeldvorming rond joden herkennen en omzetten in positieve benaderingen? Daarnaast is het betekenisvol om als kerkelijke gemeente in de liturgie stil te staan bij de jaarlijkse Nationale Holocaustherdenking (eind januari) en/of Jom HaSjoa (de 27e Nisan, in april/mei). Op deze manier geef je het ‘niet vergeten’ van de verschrikkelijke gebeurtenissen uit het verleden concreet vorm. Verdiep je in de (lokale) geschiedenisHoewel er op veel plekken in ons land geen Joodse gemeenschap meer is, was dat in veel gevallen in het verleden anders. Verdiep je met elkaar in de lokale geschiedenis om zo ook inzicht te krijgen in de impact die de Tweede Wereldoorlog heeft gehad, als illustratie van verwoestend antisemitisme. Het is mooi en belangrijk dat ook met kinderen en jongeren te doen. Met hen zou je ook een uitstapje kunnen maken naar musea zoals het Nationaal Holocaustmuseum, een authentieke locatie als Kamp Westerbork of een monument, zoals een plaatselijk monument of het Holocaust Namenmonument. Ontmoet Joodse mensenDaarnaast is het goed om kennis over het gewone joodse leven te versterken. Brengt eens een bezoek aan een synagoge in de buurt en laat zo je interesse en betrokkenheid blijken. Organiseer zo mogelijk een daadwerkelijke ontmoeting met Joodse mensen met het oog op het verminderen van vooroordelen en het omarmen van diversiteit. Sta zij aan zij met hen wanneer zij of hun instellingen en eigendommen worden aangevallen. Juist in deze tijd, waarin men zich vaak alleen voelt staan, doet het Joodse mensen, voorgangers en synagogen goed blijken van meeleven te ontvangen in de vorm van bloemen of brieven en kaarten met bemoedigende woorden. OndersteuningDe medewerkers van Kerk en Israël bij de dienstenorganisatie, leden van de Protestantse Raad voor Kerk en Israël, en van classicale en plaatselijke werkgroepen lokale gemeenten willen hierbij graag van dienst zijn. Meer tips en ideeën zijn van harte welkom!
*Antisemitisme in Nederland | Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging | College voor de Rechten van de Mens **Protestantse Kerk over bestrijding antisemitisme | Protestantse Kerk in Nederland ***Anti-judaïsme in de kerk | Protestantse Kerk in Nederland lees verder |
||
Diaconaal dorpsondersteuner via mobiliteitspool: 'Het is steeds weer bijzonder als mensen zich voor je openstellen’
Het komt in veel gemeenten voor: diakenen willen hun ogen en oren open hebben voor de hele omgeving, maar er zijn zoveel taken. Dit was ook het geval bij de diaconie van de hervormde gemeente in Kesteren. “Ik zie het als een van onze belangrijkste taken om de mensen om ons heen te dienen”, zegt diaconievoorzitter Gert Zaaijer. “Daarom willen we graag kerk zijn voor alle dorpsgenoten in Kesteren en Opheusden.” Eenzaamheid en armoedeEen paar jaar geleden zette de diaconie de lijnen uit voor het beleid in de komende jaren. “We wilden ons graag meer naar buiten richten”, vervolgt Zaaijer. “Onze God is zorgzaam en genadig. Daar wilden we iets van doorgeven in onze eigen omgeving.” Het beleidsplan vormde het begin van het vormgeven van het diaconaat in en voor het dorp. Zaaijer: “Na eigen onderzoek naar waar de behoeften lagen, kozen we ervoor om met armoede en eenzaamheid aan de slag te gaan.” Dorpsondersteuner gevraagdOmdat de diaconie dit werk niet zelf erbij kon doen, ging ze op zoek naar een diaconaal werker. “We hoorden over de mogelijkheden die de mobiliteitspool biedt”, zegt Zaaijer. “Na een paar fijne gesprekken kregen we een goed advies over welk type werker bij onze gemeente past.” Met hulp van de mobiliteitspool werd een vacaturetekst opgesteld voor een diaconaal dorpsondersteuner. Gemeentelid Marije Stegerman was direct enthousiast. “Ik vond het een heel leuk concept, maar bedacht niet gelijk dat dit iets voor mij zou zijn. Toen in de week voor de sluitingsdatum van de vacature wel vijf verschillende mensen tegen haar zeiden dat dit werk ‘echt iets voor haar zou zijn’, besloot Stegerman toch te solliciteren. “Ik heb het in gebed bij God neergelegd en gevraagd of Hij het proces verder wilde leiden.” Handen aan het bedNaast Marije Stegerman waren er nog een paar sollicitanten. In de tweede ronde moest een plan van aanpak worden geschreven voor het eerste jaar, met een doorkijkje naar het tweede jaar. “Een A4'tje, dat was de opdracht”, vertelt Gert Zaaijer. “We wilden geen dorpsondersteuner die vooral bezig is met administratie, maar ‘handen aan het bed’, zoals we het diaconale werk ook wel noemen.” Het plan van Stegerman kwam als beste uit de bus. “We zagen het als bijkomend voordeel dat Marije al gemeentelid was”, zegt Gert Zaaijer. “Ze kent onze gemeente en de dorpen Kesteren en Opheusden.” Brede opdrachtStegerman is nu 12 uur per week aan de slag als diaconaal dorpsondersteuner en gaat actief op zoek naar armoede en eenzaamheid in Kesteren. “Ik neem koffie en thee mee en nodig mezelf uit bij mensen. Soms kom ik wel achter de voordeur, soms niet”, vertelt ze. “Als ik wel binnenkom, verbaas ik me erover hoe open mensen zijn.” Soms komt er een vervolggesprek. “Dan kijken we samen hoe het verder moet. Ik vraag mensen of ze hun zorgen met iemand anders kunnen delen, of dat het helpt als ik een keer per kwartaal langskom, of een bezoekvrijwilliger voor hen zoek.” Levensverhaal op tafelDat ze een dorpsgenoot is, hindert haar niet. “Kerk en omgeving zijn vaak nog gescheiden werelden. Veel mensen van buiten de kerk kennen mij niet.” Soms voelt het als een drempel om bij ‘vreemden’ aan te bellen, maar volgens Stegerman hoort dat ongemak erbij. “We willen kerk zijn voor het hele dorp, maar vertrouwen moet altijd groeien”, zegt Stegerman. “Het gebeurt ook dat ik bij iemand aanbel en er binnen een uur een levensverhaal op tafel ligt. ‘Je weet nu meer over mij dan mijn eigen familie’, hoor ik dan.” Gods liefde laten zienAls er sprake is van verborgen armoede in een gezin, verwijst Stegerman door naar de officiële instanties. “Ik geef vooral praktische tips. We kijken samen of er nog subsidies of toeslagen kunnen worden aangevraagd, of dat kinderen bijvoorbeeld kunnen sporten via het sportfonds.” Mensen vragen wel eens naar haar beweegredenen om dit werk te doen. “Iemand constateerde eens: ‘Wij zijn eigenlijk anti-kerk, en toch blijf je komen.’ Het was een moment waarop ik kon vertellen waarom we dit als kerk doen. Dat we hiermee iets willen laten zien van Gods grote liefde voor mensen.” Mobiliteitspool ontzorgtGemeenten binnen de Protestantse Kerk hebben de mogelijkheid om een aanstelling van een kerkelijk of – in het geval van Kesteren – diaconaal werker te regelen via de mobiliteitspool. De werker komt (in eerste instantie tijdelijk) in dienst van dienstenorganisatie en wordt gedetacheerd naar de gemeente. De mobiliteitspool zorgt voor de werving en selectie, en biedt personele begeleiding tijdens de aanstelling. Gert Zaaijer is blij met de hulp van de mobiliteitspool: “We zijn dankbaar dat Marije een goede werkgever heeft en dat wij als diaconie ontzorgd zijn. Ik kan dit gemeenten die diaconaal aanwezig willen zijn in hun omgeving van harte aanbevelen.” Marije Stegerman geniet enorm van haar werk als dorpsondersteuner. “Het is mooi om iets te kunnen betekenen voor de naasten om de hoek”, zegt ze. “Ik vind het elke keer weer bijzonder als mensen zich openstellen voor een vreemde aan de deur.” >> Vaak zien gemeenten op tegen de formele rol als werkgever, terwijl er wel wensen en mogelijkheden zijn om met hun diaconaal geld (diaconaal) werkers te financieren. De mobiliteitspool helpt. Lees ook het verhaal van Tonn den Otter, diaconaal werker in de Protestantse Gemeente Brielle: Diaconaal werker via mobiliteitspool: "Tonn geeft onze kerk een gezicht naar buiten"2 okt 2024lees verder |
||
Wie was Reinhold Niebuhr?
Korte schets van zijn achtergrondReinhold Niebuhr was een Amerikaans theoloog die zich inhoudelijk bevond tussen luthers en reformatorisch. Hij was zeer maatschappelijk betrokken. Aanvankelijk zat hij sterk op de lijn van Social Gospel: het evangelie moet in het hier en nu werkelijkheid worden. Later liep hij vast met dit idealisme vanwege zijn ontdekking van de weerbarstigheid van de menselijke natuur en de samenleving. Zijn broer Richard, ook luthers, zette hem op het spoor van zijn eigen traditie. Door het bestuderen van Augustinus, LutherVerder lezenWie was Maarten Luther? en CalvijnVerder lezenWie was Johannes Calvijn? ontdekte Niebuhr dat hun diagnose van mens en samenleving veel trefzekerder is. Het leidde tot zijn zogenoemde ‘christelijk realisme’. Centraal stond daarbij hoe hij vanuit zijn christelijke visie op de mens kwam tot een christelijk-realistische benadering van sociale vraagstukken en (internationale) politiek. Niebuhr heeft velen beïnvloed, van de presidenten Jimmy Carter tot Barack Obama, en van Martin Luther KingVerder lezenWie was Martin Luther King? tot Abraham Heschel. Wanneer hoorden we voor het eerst van hem?Hoewel er in het verleden wel wat boeken van Niebuhr in het Nederlands zijn uitgegeven, was hij in ons land lange tijd onbekend voor het grotere publiek. Zijn broer Richard is door zijn boek Christ and Culture beter bekend. Reinhold werd in 2007 bekender toen David Brooks van de The New York Times onverwachts aan Barack Obama vroeg: “Heeft u Reinhold Niebuhr weleens gelezen?” Obama’s reactie was: “I love him. He’s one of my favorite philosophers.” In de daaropvolgende minuten geeft Obama een korte samenvatting van Niebuhrs denken, wat de interviewer nogal verbluft. Hij zei dit: “Wat ik van hem heb overgenomen is het overtuigende idee dat er een serieus kwaad is in de wereld, en tegenspoed en pijn. We moeten nederig zijn in ons geloof dat we dit kunnen elimineren. Maar we mogen dat niet gebruiken als een excuus voor cynisme en laksheid. Ik neem van hem het idee over dat we pogingen moeten ondernemen, in de wetenschap dat ze lastig zijn en niet heen en weer slingeren tussen naïef idealisme en bitter realisme.” Dit vat Niebuhr zo uitstekend samen, dat Obama zijn gedachtegoed echt geïntegreerd moet hebben. Dit blijkt ook uit Obama’s toespraak tijdens het ontvangen van de Nobelprijs voor de Vrede. Waarmee is hij bekend geworden?Hoewel maar weinig mensen het weten, is een van de bekendste gebeden van Niebuhr afkomstig: ‘God, schenk mij kalmte om te aanvaarden wat ik niet kan veranderen, moed om te veranderen wat ik wel kan veranderen en wijsheid om daartussen het onderscheid te maken.’ Verder is Niebuhr bekend geworden omdat hij een theologische basis heeft gelegd voor het denken over internationale betrekkingen. De bekende diplomaat en historicus George Kennan zei eens: ‘Hij is de vader van ons allemaal.’ Wat kunnen gemeenten met zijn gedachtegoed?Het belangrijkste is denk ik dit: je kunt met Niebuhr idealistisch zijn zonder in maakbaarheid te vervallen. Niebuhr kan mensen helpen om na te denken hoe zij het evangelie kunnen verbinden met maatschappelijke en politieke vraagstukken. Zo erkent hij de legitimiteit van een pacifistisch standpunt en de relevantie van de Bergrede-ethiek. Hij wil zich echter niet terugtrekken uit de wereld en zoeken naar manieren waarop deze ethiek van gelding kan worden gemaakt in de wereld van hier en nu. Niebuhr is daarmee in staat de meer progressieve en conservatieve christenen met elkaar te verbinden. Aan allen heeft hij een boodschap. Zien we de doorwerking van zijn gedachtegoed ergens terug?Naast Obama zijn ook politieke leiders en presidenten als Martin Luther King, Jimmy Carter, Bill en Hillary Clinton en John McCain nadrukkelijk door hem geïnspireerd. Interessant is dat er in zijn tijd ook een beweging ‘atheïsten voor Niebuhr’ was. Zij waren zo onder de indruk van Niebuhrs trefzekere analyses dat ze ondanks hun verschillende vertrekpunten door hem geïnspireerd waren. In Nederland zijn er niet veel mensen die Niebuhr kennen en zich zijn gedachtegoed eigen hebben gemaakt. Mensen die hem weleens aanhalen zijn onder andere Arend Jan Boekestijn en Beatrice de Graaf. Ook Henri Bontenbal, de huidige politiek leider van het CDA, weet zich door hem geïnspireerd. In het verleden heeft ook Jerome Heldring, de bekende columnist in het NRC, aangegeven door hem beïnvloed te zijn. lees verder |
||
Nieuwe liedbundels
PsalmenDe Nieuwe PsalmberijmingEen nieuwe, eigentijdse berijming door diverse auteurs van alle 150 psalmen op de klassieke Geneefse melodieën.KokBoekencentrum, ISBN 9789043535762, € 24,99 Nieuw berijmdIn 'Nieuw berijmd', 25 psalmen en lofzangen deelt Enny de Bruijn 25 van haar nieuwe psalmberijmingen. KokBoekencentrum, EAN 9789043541275, € 14,99 Psalmen andersAanvulling van ca. 100 varianten bij de 150 psalmen bij Liedboek, zingen en bidden in huis en kerk. Enkele psalmen hebben een nieuwe tekst gekregen, bestaande uitwerkingen nieuwe versies (voor kinderen, van over de grens). Liedboek BV, ISBN 9789491575204, € 19,90 WeerklankBehalve de psalmen bevat deze bundel een keur aan liederen voor de gereformeerde gezindte, uit de kerk van alle tijden en uit een brede waaier van recentere uitgaven. KokBoekencentrum, ISBN 9789023968580, € 29,99 OverigAdem in onsHerziene en aanzienlijk uitgebreide bundel Taizéliederen: Nederlandse vertalingen en solo’s bij 125 veelgezongen liederen uit Taizé, aangevuld met 23 nieuwe liederen die sinds 2008 in Taizé zijn ontstaan. KokBoekencentrum, ISBN 9789043532228, € 23,99 De weg die je goeddoet350 oudere en nieuwe liederen voor de liturgie, door Andries Govaart, zijn gebundeld. Een uniek onderdeel vormen de pelgrimsliederen, zegeningen, en hymnen bij heiligenfeesten. Skandalon, ISBN 9789493220164, € 42,50 Een vogel is er thuisBundel van schrijver en dichter Ria Borkent met een waardevolle selectie van 223 liederen van haar hand, met bijpassende melodieën. KokBoekencentrum, ISBN 9789043539548, € 29,99 Gemeenschap van Christus zingtModerne compilatie van 270 (kerk)liederen met hun melodie, met teksten van o.a. Sytze de Vries en René van Loenen. Ook andere Nederlandstalige liederen en enkele Afrikaanse, Aziatische, Spaanstalige en Taizé-liederen. Veel liederen zijn in meerdere talen afgedrukt. Begeleidingsbundel apart verkrijgbaar. Skandalon, ISBN 9789493220133, € 32,50 Global Achtliederbuch 2024Ter herdenking van de 500ste verjaardag van het eerste Lutherse gezangboek, het Achtliederbuch uit 1524, verscheen het Global Achtliederbuch 2024. Meer informatie op Global Songbook In wind en vuurHet driedelige In wind en vuur brengt de schat van de 352 liederen van Willem Barnard voor het eerst bijeen en licht ze uitgebreid toe. Skandalon, ISBN 9789083041988, € 99,- Laat de liefde je dragen33 nieuwe liederen van theoloog en musicus Job de Bruijn die direct aansluiten bij het dagelijks leven, bij levenservaringen en levensmomenten. Te bestellen bij Job de Bruijn via j.g.debruijn@ziggo.nl, € 15,00. Nader tot jouEen bundeling ‘toegankelijke liederen voor gewone mensen die zoeken naar de zin van hun bestaan’ van Marten Kamminga, eenvoudig van taal en toon en aansluitend bij verhalen uit de Bijbel. Eigen uitgave, € 29,95 Zangen van zoeken en zienVoor kerken en geloofsgemeenschappen die zoeken naar vernieuwing in taal en muziek: deze bundel biedt hiervoor inspiratie in maar liefst 750 liederen. KokBoekencentrum, ISBN 9789043525862, € 32,99 lees verder |
||
Paasgroetenactie 2025: stuur gedetineerden een bemoedigende groet met Pasen!
Een kaartje met PasenIeder jaar worden via de Paasgroetenactie vanuit het hele land tienduizenden paaskaarten naar gevangenissen gestuurd. Ook in de Veertigdagentijd 2025 organiseert de Protestantse Kerk deze actie om gedetineerden een kaartje te sturen met Pasen. Het thema van dit jaar is 'Als nieuw.' Het ontvangen van een paasgroet doet goed. Gevangenen realiseren zich dat er mensen zijn die zich inleven in hun situatie. “De vrouw die dit geschreven heeft, kent mij helemaal niet en toch krijg ik deze kaart,” was de verbaasde reactie van een vrouwelijke gedetineerde toen ze een paasgroet ontving.
Kunstwerk op de cover van de paasgroetenkaart 2025: ' Het graf is leeg, Jezus leeft! Zijn opstanding maakt ons leven als nieuw.' Deze afbeelding is gemaakt door een gedetineerde man in Veenhuizen. Handvol liefdeGerry van Wijngaarden, samen met Jeannette de Groot coördinator van de actie, weet hoe belangrijk het ontvangen van post is voor gevangenen. “Een gedetineerde zei eens: ‘Geef me het gevoel dat ik er mag zijn. Een beetje mededogen, een handvol liefde, meer niet.’ Post ontvangen is voor gevangenen een van de weinige verbindingen met ‘buiten’. Jezus zelf gaf ons de opdracht om te zien naar gevangenen.” Bij de paasgroetenkaart ontvangen gedetineerden een extra kaart met postzegel om zelf naar iemand te sturen. De afbeelding van het lege graf is gemaakt door een gedetineerde man in Veenhuizen. Er wordt altijd dankbaar gebruik gemaakt van die extra kaart. "Een man was zo blij met zijn kaart, hij had zijn familie nog niet kunnen bereiken en had geen geld voor een telefoonkaart. Hij had gebeden om een oplossing en de kaart voelde voor hem als gebedsverhoring". In dit korte filmpje wordt uitgelegd waar je de groet schrijft en de postzegel plakt. Centrale verzendingNadat gemeenteleden de groeten op de kaarten hebben geschreven, zamel je ze weer in en stuur je ze in een verzamelenvelop naar het dienstencentrum van de Protestantse Kerk in Utrecht. De kaarten worden daar gesorteerd, verdeeld en verzonden naar gevangenissen en tbs-klinieken in Nederland en in het buitenland. De verzending naar de penitentiaire inrichtingen komt voor rekening van de Protestantse Kerk. De paasgroetenkaarten kunnen tot uiterlijk 7 maart 2025 naar dit adres worden ingezonden. VragenAlle informatie over de Paasgroetenactie is te vinden op protestantsekerk.nl/paasgroetenactie. Kijk eerst bij de veelgestelde vragen. Staat je vraag er niet bij? Mail naar info@protestantsekerk.nl of bel 030 - 880 1880. Lees meer: Paasgroetenactielees verder |
||
Als kinderen van één Vader: Nicea 1700 jaar
De kern ervan is in Nicea verwoord in het jaar 325. In 381 is deze geloofsbelijdenis uitgebreid tot de versie zoals we die nu kennen. Als we deze geloofsbelijdenis uitspreken staan we dus ‘als kinderen van één Vader’ in een 1700 jaar oude, wereldwijde kring van gelovigen. Niet voor niets begint deze geloofsbelijdenis met ‘Wij geloven…’ Week van GebedJe begrijpt, ons samen geloven willen we dit jaar vieren. Dat begint al op 19 januari. Het thema van de ‘Week van gebed voor de eenheid’ is dit jaar geënt op de viering van 1700 jaar Nicea. In de boodschap van de Raad van Kerken kun je lezen hoe we dit gezamenlijk met broeders en zusters uit andere kerken willen ook vieren op 16 mei in de Geertekerk van Utrecht en op 14 juni in de Sint Jan van Gouda. Laten we zeker ook dit jaar onze eenheid in Christus, met al onze onderlinge diversiteit, veelkleurigheid en ook spanningen, belijdend vieren. Onze zusters en broeders gingen 1700 jaar geleden ons hierin voor. Lees ook: Jubileumjaar voor geloofsbelijdenis van Nicea6 jan 2025 lees verder |
||
Jubileumjaar voor geloofsbelijdenis van Nicea
Volgens scriba René de Reuver markeert de geloofsbelijdenis van Nicea-Constantinopel de eenheid van de kerk: “Als we deze geloofsbelijdenis uitspreken staan we dus ‘als kinderen van één Vader’ in een 1700 jaar oude, wereldwijde kring van gelovigen. Niet voor niets begint deze geloofsbelijdenis met ‘Wij geloven…’. De Reuver verwijst hiermee onder andere naar het tweede hoofdstuk van de visienota. Op de website van de Protestantse Kerk is via deze pagina meer te lezen over de geloofsbelijdenis, met daarbij een verwijzing naar een uitgebreid achtergrondartikel daarover. ActiviteitenHet komende jaar zal op verschillende manieren aandacht gegeven worden aan de geloofsbelijdenis, waaronder op 16 mei tijdens de oecumenelezing in de Geertekerk in Utrecht en op 14 juni tijdens de oecumenische dienst in de Sint-Janskerk in Gouda. Op de website van de Raad van Kerken is een uitgebreid agendaoverzicht te vinden met activiteiten rondom Nicea. Week van GebedDaarnaast roept de Raad van Kerken op, om op zondag 19 januari, aan het begin van de Week van Gebed, in de diensten aandacht te schenken aan de geloofsbelijdenis. Het motto van de gebedsweek is dit jaar ‘Ja, ik geloof’. De Reuver: “Laten we zeker ook dit jaar onze eenheid in Christus, met al onze onderlinge diversiteit, veelkleurigheid en ook spanningen, belijdend vieren.” Lees ook: Als kinderen van één Vader: Nicea 1700 jaarlees verder |
||
Diaconaal samenwerken of alles alleen doen?
Dit zegt Jonna van den Berge-Bakker, armoedespecialist bij de Protestantse Kerk. Je kunt als diaconie op verschillende manieren samenwerken, legt ze uit: intensief of incidenteel, formeel of informeel. Een goede manier van samenwerking is die met andere diaconieën. Dit kan bijvoorbeeld in een diaconaal platform. Met alle veranderingen in kerk en samenleving komt er veel op diaconieën af. Hoe kun je – soms met beperkte menskracht en middelen – toch zo goed mogelijk steun en zorg verlenen? (Interreligieus) samenwerken kan dan helpen. Op diaconaleplatforms.nl lees je hier meer over en vind je ook een toolkit om een diaconaal platform op te starten. In dorp of stadEen tweede samenwerkingsvorm is die met organisaties in je dorp, stad of wijk. Denk aan welzijnsorganisaties, de lokale overheid of scholen. “Het voordeel hiervan is dat je kunt meedoen met bestaande activiteiten en dan ook nog op een manier die voor jouw gemeente haalbaar is. Je kunt bijvoorbeeld vrijwilligers leveren. Een mooi voorbeeld hiervan is een kerk die een schoolontbijt verzorgtVerder lezenKerk regelt schoolontbijt voor duizenden kwetsbare kinderen in Rotterdam, de vrijwilligers nemen het werk voor de school uit handen. Maar je kunt ook een ruimte in je gebouw beschikbaar stellen. Een kerk werkt dan bijvoorbeeld samen met een wijkteam: het wijkteam organiseert fietslessen, de fietsen mogen bij de kerk in de stalling staan.” Je kunt je als kerk aanmelden bij een passend overleg van je burgerlijke gemeente, zoals een armoedeplatform, de Wmo-raad of de dorpscoöperatie. Hier overleggen diverse organisaties die zich bezighouden met het welzijn van een dorp, stad of wijk, en het is goed als je elkaar weet te vinden, adviseert Van den Berge. “Zo kun je ook ontdekken welke vorm van hulp, ontmoeting of zorg nog missen en hierin als kerk wellicht iets betekenen. De ervaring leert dat dit soort overleggen het fijn vindt als een kerk zich meldt. Ze weten vaak zelf niet goed hoe ze de diaconie moeten benaderen, of weten niet eens van het bestaan af.” Sociale kaartOm zo’n gemeentelijk welzijnsoverleg of – als dat er niet is – losse welzijnsorganisaties te benaderen, is het goed om de sociale kaart van je omgeving te kennen. Je kunt die vinden via digitale-sociale-kaart.nl of door contact te leggen met de gemeente. Ga je vervolgens iemand benaderen, dan heeft Jonna van den Berge een paar nuttige tips:
“Een van de meest gestelde vragen van diaconieën is: hoe komen we armoede op het spoor? Om deze vraag beantwoord te krijgen en als je mensen goed wilt kunnen helpen, ontkom je niet aan samenwerken”, zegt Van den Berge. Daarom moet je samenwerking niet enkel zien als oplossing voor diaconieën die krap in menskracht en financiën zitten. “Samenwerken doe je niet in de eerste plaats omdat je als kerk dan nog wat voorstelt, samenwerken doe je omdat je optimale hulp wilt kunnen bieden aan iemand die in de knel zit. Dát moet het uitgangspunt zijn.” WendbaarVan den Berge benadrukt dat dit níet betekent dat je als diaconie nooit op eigen kracht kunt opereren. “Wat een diaconie van veel andere welzijnsorganisaties onderscheidt, is dat ze niet te maken heeft met allerlei bureaucratische rompslomp en daardoor een stuk wendbaarder is. Gebruik dat ook! Als diaconie kun je dingen die andere organisaties niet – zomaar – kunnen: een renteloze lening verschaffen, een rooster maken voor iemand die hulp nodig heeft, iemand naar de huisarts brengen. Bovendien heb je als kerk – als het goed is - zicht op een groep mensen die door andere organisaties wellicht niet wordt bereikt.”
lees verder |
||
Pionier Jan Verduijn: “Ik mag zelf ook rustig ademhalen en bij God komen”
Hoe ervaar je je roeping?“Zolang ik ervoor zorg dat ik dicht bij God en Jezus blijf, ervaar ik mijn roeping als heel fijn. Als ik werk vanuit zachtmoedigheid en nederigheid voel ik veel plezier in mijn werk en is mijn juk licht. Maar als ik heel hard werk zonder dat te doen vanuit de liefde van God, dan ervaar ik meer negativiteit, druk en spanning, en kan het werk een zware last worden. Soms loop ik vast en moet dan terug naar de basis: de stilte zoeken, bidden.” Wat heb je nodig om met vrucht en vreugde te werken?“Regelmatig de tijd nemen om bij God te zijn, terug te kijken en dankbaar te zijn. Momenten vieren met het pioniersteam en met anderen. Ervaringen horen van mensen die de cursus of een dagretraite bij Op Adem volgden en God, Jezus voor het eerst of opnieuw hebben leren kennen. Jezus als de heelmeester die helpt om lasten lichter te maken. Dat levert veel voldoening bij mij op.” Hoe zorg je ervoor dat je niet opbrandt?“Voor corona zijn we al begonnen met deze pioniersplek. Al vrij snel bereikten we mensen en groeiden we hard. Toen we na de coronacrisis weer startten, hebben we dat bewust in een langzamer tempo gedaan. Dat betekent telkens vertragen, niet te snel willen groeien. Ik moet me dat telkens weer bewust worden. Als ik niet bewust tegengas geef, ga ik automatisch mee in de snelheid van de wereld. Practice what you preach dus: zelf ook rustig ademhalen, in gebed brengen, regelmatig tot rust en bij God komen.” Welk onderdeel van je werk doe je het liefst?“Ik houd me voor de pioniersplek bezig met de website, met fondsenwerving, met financiën, de nieuwsbrief ... Maar het liefste ben ik in contact met mensen: bij de dagretraites, de cursus, de open avonden.” Welke scholing heb je voor het laatst gevolgd?“Ik doe nu een studie integratieve psychotherapie. Dat helpt op pastoraal gebied om mensen verder te helpen in hun proces. Ik liep als pionier tegen mijn eigen grenzen van kennen en kunnen aan. Ik moest mensen vaak doorverwijzen terwijl ik hen graag zelf wil kunnen helpen.” Waar kan de kerk haar rol pakken in de verantwoordelijkheid voor onze medemens en de schepping?“Ik spreek niet graag over ‘de kerk’, dat is groot, afstandelijk en anoniem. Alsof je het hebt over de ander. Ik houd heel veel van de kerk, maar vind ook dat je niet alles van de kerk moet verwachten. Ik betrek het direct op mezelf: hoe kan ík die verantwoordelijkheid nemen? Ik probeer grote dingen klein te maken. Er zijn veel plekken waar ik van betekenis kan zijn. In mijn eigen omgeving bijvoorbeeld kan ik met mensen die eenzaam zijn een praatje maken. Bijdragen aan een liefdevolle plek om te wonen. En als het gaat om de schepping: de klimaatproblematiek is zo groot. Ik eet geen vlees, ik eet zo plantaardig mogelijk, repareer spullen en koop veel tweedehands. Ik heb niet zo veel nodig, ik leef minimaal.” Welk boek, welke film of welke podcast raad je collega’s aan?“Een boek dat mij heeft geïnspireerd is Jezus als Therapeut van Anselm Grün. Hij bespreekt daarin met name de gelijkenissen van Jezus die zieken geneest, mensen helpt en advies geeft. Grün sluit op zijn eigen wijze aan bij de problemen in de levens van millennials, en laat zien dat ook voor hen kracht en genezing te vinden is in de woorden van Jezus.” Is er een bijbeltekst die met je meegaat?“De tekst die al langere tijd met me meegaat is Spreuken 30: 7, 8. Twee dingen vraag ik U, gun ze me zolang ik leef: Houd me ver van leugen en bedrog. Maak me niet arm, maar ook niet rijk, voed me slechts met wat ik nodig heb. Die tekst is me bijgebleven omdat ik merk dat deze me goed doet: zo wil ik leven.” Wat hoop je voor de toekomst van de kerk?“Jaren geleden had ik een droom: ik zag voor me dat vanuit alle kerken in mijn stad water stroomde, de straten door. De hele stad werd schoon. Dat beeld is me bijgebleven. Ik hoop dat de bron stroomt vanuit de kerk de stad in om deze fris te maken. En dat de kerk de plek is om te drinken, levend water. Maar waar ik ook en vooral naar verlang is dat Jezus terugkomt en dat God recht doet. Er is zo veel lijden en geweld in de wereld. Ik hoop dat de kerk hiertegen opstaat en dit blijft doen, als veilige, liefdevolle plek voor iedereen die het zo hard nodig heeft.” In samenwerking met Graceland Festival heeft Jan Verduijn een meditatie-podcast 'Op Adem' gemaakt. Een podcast om in 7 minuten vanuit rust je dag te beginnen. lees verder |
||
Nieuwjaarsboodschap 2025: ‘Als nieuw!’
Een nieuw jaar is voor veel mensen een moment om even pas op de plaats te maken, om terug te blikken en vooruit te kijken. Vaak komen daar ook goede voornemens bij kijken. ‘Dit jaar ga ik eindelijk die tien kilo afvallen.’ Of: ‘Dit jaar ga ik wél meer tijd vrijmaken voor mijn gezin.’ Een ander perspectiefOok het huidige jaarthema van de Protestantse Kerk - ‘Als nieuw! Leven in het licht van Gods koninkrijk’ nodigt uit om een pas op de plaats te maken. Maar dan wel op een radicaal andere manier. Want hoewel er helemaal niets mis is met goede voornemens, laat het licht van Gods koninkrijk ons perspectief nogal verschuiven. Dan gaat het opeens niet meer over onze eigen prestaties – of ons eigen falen - maar over onze ontvankelijkheid voor de goedheid van God. In één bijbelverhaal wordt dat heel duidelijk. In de gelijkenis van de werkers in de wijngaard (Matteüs 20:1-16) vertelt Jezus over een landheer die er meerdere keren per dag op uit trekt om arbeiders te werven voor het werk in zijn wijngaard. Als de lange werkdag ten slotte afgelopen is, wordt het loon uitbetaald. En dan blijken alle arbeiders – of ze nu de hele dag of slechts één uur gewerkt hebben – hetzelfde loon te ontvangen. De arbeiders die de hele dag gewerkt hebben, vinden dat onrechtvaardig. Maar de landheer vraagt hen: Ben je jaloers omdat ik goed ben? Het goede van GodHet voelt voor ons logisch om te denken in termen van bezit, van verdienen, van recht hebben op, van loon naar werken. Maar in Gods koninkrijk gaat het over gezien worden, mee mogen doen, mogen ontvangen. Ten diepste leven we van de goedheid van God, en die is niet afhankelijk van onze prestaties. Dat kan een bemoedigende boodschap zijn: ook als je jezelf tekort voelt schieten, mag je terugvallen op de liefde en genade van God. Maar het zet je ook op scherp. Lukt het je om met diezelfde blik naar anderen te kijken? Schrijf je anderen af als hun prestaties achterblijven, of geloof je dat God ook hen het goede wil geven? Deze gelijkenis roept je niet op om alles uit je handen te laten glijden en rustig achterover te leunen. Ook in dit nieuwe jaar kan God volop nieuwe arbeiders in zijn wijngaard gebruiken. Mensen die ‘als nieuw’ in het leven durven te staan, zich durven te laten scherpen door het licht van Gods koninkrijk dat hen al toevalt. Mensen die iets van dat licht willen delen, juist op plekken waar het donker is. Doe je mee? Een gezegend nieuw jaar! lees verder |
||
Kerstboodschap 2024: Een bizar verhaal
Waarschijnlijk heb je het kerstverhaal al talloze keren gehoord. Het verhaal van Jozef en Maria, de geboorte van Jezus in een trog. Het kerstverhaal kan zo vertrouwd voor je worden, dat je je niet meer realiseert wat voor iets onbegrijpelijks er gebeurt. Niet alleen besluit God om mens te worden; hij levert zich ook nog eens als kleine baby over aan de zorgen van een eenvoudig stel. Als Jozef en Maria niet voor Jezus hadden gezorgd, was Hij doodgegaan voor Hij één woord had kunnen zeggen... Wat maakt God zich hier ontzettend kwetsbaar. Een diep geheimHet kerstverhaal laat zien dat God zijn eigen weg naar deze wereld kiest. Hij gaat volledig in tegen de wereldse logica. Hij komt niet via machthebbers en koningen, regelt geen koninklijke ontvangst, maar wordt als kwetsbare baby geboren in een stal. Hij komt dáár waar het donker is, waar mensen dreigen vast te lopen, waar het leven knarst en schuurt. Daar wil Hij bij ons zijn. God met ons. Het laat iets zien van het diepe geheim van het evangelie. Dat geheim weerklinkt misschien wel bij uitstek in het evangelie van Johannes. Wat Johannes schrijft, moet je verschillende keren lezen en horen om de rijkdom ervan te bevatten. Het eerste en diepste woord van God is Licht, schrijft de evangelist, met een verwijzing naar Genesis 1. Jezus is het licht der wereld (Johannes 8:12). En de duisternis heeft dit licht niet in haar macht gekregen (Johannes 1:5). Jezus leeft Gods genade en goedheid, liefde en trouw, voor en onder ons. Licht in het donkerIn deze donkere wereld is het bizarre kerstverhaal een hoopvolle boodschap. We hoeven geen schitterende ontvangst te organiseren, geen paleizen voor God op te tuigen. Hij is allang aanwezig in ons midden. Juist waar het donker is, wil God kracht geven om weer op te staan. En zoals God jou nabij is in je nood, mag je zelf weer anderen nabij zijn. Zodat ook zij in alle hardheid en gebrokenheid iets van Gods licht ervaren. Bekijk de kerstboodschap:Gezegende kerstdagen! lees verder |
||
Ds. Leon Bal: “Ik hoop op een kerk die op straat zichtbaar is”
Hoe ervaar je je roeping?“Er bestaat voor mij niet iets als ‘dit is je roeping’. Ik denk wel dat je je ergens toe geroepen kunt voelen, zoals ik dat heb als brandweerpastor. Voor mij begint alles met een luisterend hart. Dat je je openstelt voor de mensen die je ontmoet en voor de nood die je ziet. Naast mijn werk als predikant ben ik al 17 jaar brandweerman. Daar zie je en hoor je van alles. Dat ging me steeds meer raken. Het is belangrijk dat er een luisterend oor is voor de brandweerlieden. Na heftige gebeurtenissen kun je behoorlijk uit balans raken. Die emoties verdienen aandacht. Uiteindelijk ben ik zelf met mijn directie in overleg gegaan en kreeg ik de kans om brandweerpastor te worden. De Veiligheidsregio Utrecht is de eerste regio die een pastor heeft, maar ik kreeg de opdracht mee om ook andere veiligheidsregio's op het belang hiervan te attenderen.” Wat heb je nodig om met vrucht en vreugde te werken?“Een omgeving van kameraden, zoals ik mijn brandweercollega's noem. Mensen die je vertrouwen, in je geloven en je de kans geven om dit werk te doen. Mijn brandweercommandant is zo iemand. Hij vond het belangrijk dat er een pastor kwam voor de brandweerlieden en gaf mij de kans dit werk te gaan doen. Mijn werkvreugde zit vooral heel erg in de mensen om me heen. In een goed gesprek of een mooie ontmoeting waarin je iets van betekenis ervaart. Daarin moet ik steeds terugkeren naar dat luisterend hart, om de Geest te kunnen laten werken. Het is belangrijk voor me om op Hem af te stemmen die je weg wijst.” Hoe zorg je ervoor dat je niet opbrandt?“Eigen veiligheid eerst staat hoog in het vaandel bij de brandweer, maar uiteindelijk zijn hulpverleners meer bezig met de ander dan met goed voor zichzelf zorgen. Ik heb dat zelf ook echt moeten leren. Het is een kunst om steeds tijd te nemen om terug te keren naar jezelf.” Welk onderdeel van je werk doe je het liefst?“Betekenisvolle een-op-een-gesprekken voeren. Samen oplopen met iemand, soms eenmalig, soms meerdere keren of ook jarenlang als iemand door een moeilijke periode gaat. Dat is een doorlopende lijn in mijn werk als gemeentepredikant en de taak die ik nu heb bij de brandweer.” Welke (na)scholing heb je voor het laatst gevolgd?“Op dit moment ben ik aan het promoveren. Tijdens deze periode heb je vrijstelling voor nascholing. Mijn proefschrift gaat over de impact van ingrijpende gebeurtenissen op brandweerlieden. Wat maken ze mee, wat is de impact daarvan en wat vertellen ze er zelf over? Als theoloog ben ik geïnteresseerd in de spirituele en morele aspecten die daarbij komen. Het gaat over leven en dood, over rechtvaardigheid en de zin van het leven.” Waar kan de kerk haar rol pakken in de verantwoordelijkheid voor onze medemens en voor de schepping?“De kerk is onze oefenplaats en een plek om op te laden, maar we kunnen niet wachten tot de mensen naar de kerk komen. Ik denk dat ‘kerk’ ontstaat waar mensen met de pinkstergeest de wereld in worden gezonden en op hun plek, passend bij hun talenten, iets van vrede, sjalom en heelheid mogen brengen. Jezus ging ons daarin voor. Hij ging zelf ook naar mensen toe. Probeer als kerk namens Christus aanwezig te zijn op plekken waar geleefd maar ook geleden wordt. Zie naar hen om. Als we dat doen, is er toekomst voor de kerk.” Welk boek, welke serie, film of welke podcast raad je collega’s aan?"Ik kan niet direct een voorbeeld noemen. Mijn brandweerwerk houdt me veel bezig. Ik kan wel een tip geven. Mensen laten zich doorgaans lezen als boeken, dus wees vooral nieuwsgierig naar de werkbeleving van hulpverleners. Bezoek eens een kazerne en ga in gesprek met de brandweerlieden. De verhalen zullen je verwonderen!” Is er een bijbeltekst die met je meegaat?“Leviticus 6:5, waar staat ’Het vuur op het altaar moet blijven branden’. Deze tekst is belangrijk in mijn werk bij de brandweer. Ik sluit er mijn presentaties altijd mee af. Daar moeten de brandweerlieden wel eens om gniffelen. ‘We moeten het juist doven’, hoor ik dan. Deze tekst zegt me dat we als mensen niet kunnen afdoen van de grootheid en almacht van God, maar dat we het vuur van het evangelie zelf wél brandend moeten houden. Het laat zien dat God de menselijke inzet hiervoor ziet en belangrijk vindt.” Wat hoop je voor de toekomst van de kerk?“Dat ze veelkleurig is en op allerlei plekken in de samenleving onverwachts en belangeloos creatief en speels aanwezig. De kerk mag verrassen! Ik hoop op een kerk die op straat zichtbaar is en die omkijkt naar mensen die iemand nodig hebben om naast hen te staan. Kerk-zijn is een werkwoord. Dat maak ik in het brandweervak als geen ander mee.” Lees meer in de serie over de voorgangers in de Protestantse Kerk: Ds. Maarten Diepenbroek: “Bezig zijn met de viering op zondag vind ik het fijnst”lees verder |
||